Gustave De Smet
"Dorpsgezicht, Blaricum ca. 1916"
Verkocht
GUSTAVE DE SMET
Gent 1877-1943 Deurle, Sint-Martens-Latem
DORPSGEZICHT
Blaricum, ca. 1916
Olieverf op doek
69 x 78 cm.
Gesigneerd: rechts onder
Herkomst: P.A. Regnault, Laren; Auct. Paul Brandt, Amsterdam, Oct. 1958, lot. 116; Kunsthandel Van Lier, Blaricum; Auction Palais des Beaux-Arts, Brussels, May 1968, lot. 63.
Tentoongesteld: Galerie Georges Giroux, Gustave De Smet, Januari 15 1929, no. 21
Literatuur: Het Signaal, Amsterdam 1917; Piet Boyens, Gustave De Smet, catalogue exposition Oostende (Provinciaal Museum voor Schone Kunst), p. 157 ill.; Piet Boyens, Gustave De Smet, Antwerpen 1989, p. 343 no. 411.
In het naslagwerk Bénézit wordt Gustave De Smet genoemd als 'un tres beau peintre' die zijn degelijk vakmanschap niet opofferde voor 'une vaine originalité à tout prix'. Volgens Bénézit ging het zoeken naar nieuwe vormen waar de kunstenaars van het begin van de twintigste eeuw veel mee bezig waren, vaak ten koste van het 'poetische' in de kunst. De Smet, zoon van een decoratieschilder en broer van Léon De Smet, volgde van 1888-1895 lessen aan de academie van Gent. Hij vestigde zich in 1901 in Latem, waar hij deel uitmaakte van de tweede groep van Latem. Tijdens de Eerste Wereldoorlog verbleef De Smet in Nederland / in Amsterdam, Blaricum en Laren/en leerde hij de werken van Jan Sluijters, Le Fauconnier en de Duitse expressionisten kennen. Hierdoor verliet hij zijn luministische stijl en ging over naar een strak en geschematiseerd expressionisme, waarmee hij in dorpsgezichten, landschappen en boeren de ruwe sfeer van het landleven op een dynamische wijze vastlegde. Samen met Constant Permeke en Frits Van den Berghe wordt De Smet gerekend tot de grote drie van het Vlaamse expressionisme.