Jacob Maris

(Den Haag 1837-1899 Karlovy Vary)

Jacob Maris was de oudste uit een gezin van vijf kinderen, van wie er drie zeer succesvol in de schilderkunst zijn geworden. Willem Maris werd bekend om zijn koeien in drassige landschappen. Matthijs Maris richtte zich op wonderlijke landschappen en sprookjesachtige figuren. En Jacob Maris zou naam maken met zijn grijs getinte landschappen en stadsgezichten. Jacob Maris kreeg les van de romantische stadsschilder J.A.B. Stroebel en Huib van Hove en ging naar de Haagse Tekenacademie en de Pulchri Studio. Hier raakte Maris in de ban van het schilderen van Italiaanse voorstellingen met Italiennes en Savoyards, zogenaamde Italiaanse volkstypes. In 1964 vertrok Maris naar Parijs om het thema nog verder te bestuderen bij het atelier van Ernest Hébert. Hij kreeg met dit populaire genre veel succes en exposeerde op de Parijse Salon. Daarnaast werd hij een vaste kunstenaar bij Kunsthandel Goupil. Het waren niet alleen de Italiaanse modellen die Maris schilderde; hij richtte zich ook steeds meer op de landschapskunst. Hierbij was het werk van de Barbizonschilders wat betreft kleurgebruik en thematiek een bron van inspiratie, en hij deelde met hun bewondering voor de landschapsschilders uit de zeventiende eeuw zoals Jan van Goyen, Jacob Ruijsdael en Johannes Vermeer. Vanaf de jaren zeventig richtte Maris zich steeds meer op stadsgezichten waarvoor hij vooral de stad Amsterdam als uitgangspunt nam. Zo ook voor het schilderij Stadsgezicht van Amsterdam met Koepelkerk, die hij in een grijsbruin palet heeft weergegeven. Alhoewel het erg waarheidsgetrouw overkomt zijn dit geen topografisch getrouwe stadsgezichten, maar vaak een mengeling van fantasie en werkelijkheid. De schilder had er geen moeite mee om verschillende markante gebouwen uit steden te integreren in zijn stadsgezicht. ’Als ik het noodig acht’, placht Maris te zeggen, ‘de lange rechte daklijnen te verbreken, zet ik er een koepeldak op, vooral waar de lucht of wolkenformatie zulk een steun vragen. Waarom zou ik zelf mijn eigen steden niet mogen bouwen?’ Hij hield er ook niet van zijn stadsgezichten een titel of een plaatsaanduiding te geven, want hij schilderde ‘geen portretten maar karakterbeelden’, aldus de kunstenaar. Jacob Maris had veel succes met zijn stadsgezichten met witte wolkenluchten. Hij maakte meerdere variaties op dezelfde voorstelling: in de collectie van het Rijksmuseum zijn diverse van deze variaties opgenomen.

Dit artikel verscheen in het Studio 2000 magazine 2017/3.