Hans von Bartels
Katwijk, geografisch gelegen tussen Den Haag en Amsterdam, was rond 1900 een ontmoetingsplaats voor kunstenaars uit alle windstreken. In de kunstgeschiedenis ligt het ergens tussen de Haagse School en het Amsterdamse Impressionisme. Misschien was het de unieke combinatie van het kalme, uitgestrekte grijze landschap en de inkijkjes in het harde dagelijkse leven van de vissers die de kunstenaars nieuwe inspiratie bood en hen ertoe bracht uit beide stromingen te putten. De schilders dompelden zich onder in het vissersleven dat zijn laatste adem uitblies in het zicht van de moderne tijd en bewaarden het zo voor de eeuwigheid.
Een van de bekendste buitenlandse kunstenaars die rond de eeuwwisseling in Katwijk verbleef was de Duitser Hans von Bartels. Het Katwijks Museum heeft verschillende werken van deze kunstenaar in de collectie, waaronder een snel geschilderd portret van Von Bartels door de schilder Willy Sluiter uit 1910. Het is niet ondenkbaar dat de twee kunstenaars goed met elkaar overweg konden vanwege hun vergelijkbare achtergrond. Von Bartels kwam ook uit een rijke (zelfs adellijke) familie. Hij had uiteindelijk een belangrijke invloed op Sluiter en stimuleerde hem om vrijer en krachtiger te schilderen.
Al tijdens zijn studie was Hans von Bartels gefascineerd door beweging. Toen zijn leraar hem opdroeg eikenbomen te schilderen, kwam hij terug met schilderijen van een molenbeek en een waterrad. Al zijn studiereizen brachten hem naar de zee. Terwijl zijn leraar, de marineschilder Rudolf Hardoff (1816-1907), volhield dat een goede schilder uitgebreide kennis van zijn onderwerp moest hebben, was Von Bartels zelf een andere mening toegedaan. Volgens hem ging het niet om kennis, maar om goed observeren. Een scherp oog was het belangrijkste gereedschap van een schilder. Zoals hij het uitdrukte: “Was man sieht, kann man auch malen, wenn man sehen und malen kann” (Wat je ziet, kun je ook schilderen, als je kunt zien en schilderen).
Vanaf de jaren 1880 werden zijn landschappen en zeegezichten steeds meer bevolkt met mensen. Na verloop van tijd kwamen ze zelfs in het middelpunt te staan. In 1885 verhuisde hij naar München, waar hij kennismaakte met de Haagse School. Kunstenaars als Mesdag, de gebroeders Maris, Mauve, Blommers en Israëls waren altijd goed vertegenwoordigd op de internationale tentoonstellingen in het Glaspalast en later op de Secession-tentoonstellingen.
Von Bartels bezocht Katwijk voor het eerst in 1887. Dit was het begin van zijn Nederlandse periode. Hij bezocht zijn atelier in München alleen om te werken aan grote schilderijen, geïnspireerd op wat hij ’s zomers in Nederland had gezien. Wat hem kenmerkte was de totale toewijding waarmee hij zich onder de lokale bevolking mengde. Hij verkoos het bescheiden onderkomen van een scheepstimmerman met zijn vrouw en vier kinderen boven een hotel. Hij bracht veel tijd door met de vissers. Hij wilde weten hoe ze leefden en wat er in hun hoofd omging. Soms schilderde hij een kind dat later als meisje poseerde en nog later als jonge moeder. Vanwege zijn veelvuldige en langdurige bezoeken noemden de Katwijkers hem liefkozend ‘Vadertje Altijd’.