Adolphe Monticelli

(Marseille 1824-1886 Marseille/Parijs) 

De in Marseille en Parijs werkende Adol­phe Monticelli (1824-1886) schil­derde het landschap van de Provence, bloemstuk­ken, stillevens en portretten. Op zich niets bijzonders. Zijn techniek was dat wel. Hij werkte in een kleurige en zeer pasteuze techniek, wat het ruig ‘besmeten’ opper­vlak bijna het aanzien van een reliëf ver­leent. Bijzonder in zijn oeuvre zijn de tafere­len uit Cervantes’ ‘Don Quichotte’ die hij uitbeeldde in diezelfde, met dikke verflagen opge­brachte schilder­wijze.

Maar het bekendst is Monticelli toch om zijn heel andere onderwerpkeuze. In de stilistisch en thematisch zo rijke en ver­scheiden 19de eeuw is Monticelli een van de meest sprekende vertegen­woordigers van het in de tweede helft van die eeuw in Frankrijk en ook elders zo populaire neorococo. Het is de pe­riode waarin Edmond en Jules de Gon­court de 18de eeuw van Watteau, Bou­cher, Chardin en Fragonard her­ont­dek­ten en bekend maak­ten. Monticelli ging zich toeleggen op scènes die de fêtes galantes en fêtes cham­pêtres weer­ge­ven, zoals Watteau ze twee eeuwen eerder had geschilderd. Elegante gezel­schap­pen, in bos en paleistuin zich ver­moei­end met eten en drinken, muziek en dans, en waar liefde in het spel is. Of er is in een park­achtig landschap sprake van een ren­dez-vous à deux. Of hij liet zich inspire­ren op wat het theater en de opera hem aan erotisch bekoorlijke taferelen met nimfen boden.

Door Adrie van Griensven.